528 27 SEPTEMBER 1932. gemaakt, heeft haar taak niet zoo opgevat. Zij heeft zich over de financieele uitkomsten van de Paaschveetentoonstelling niet in finesses laten inlichten om de doodeenvoudige reden, dat zij zulks niet noodig vond. Natuurlijk heeft zij zich over andere aangelegenheden, waar zij dit noodig achtte, wèl laten voor lichten. Nu kan de heer Broos misschien van meening zijn, dat de commissie haar taak dan niet goed heeft opgevat, doch men kan met evenveel recht tot den heer Broos zeggen: „Gij hebt Uw taak indertijd toch wel wat al te uitgebreid opgevat In elk geval geeft het geen pas, de commissie een dergelijk verwijt te doen. De VOORZITTER vraagt den heer Broos, of hij zijn voorstel tot aanhouding handhaaft. De heer BROOS verklaart zijn voorstel te handhaven; mocht dit echter niet ondersteund worden, dan zal Spr. vol staan met aanteekening in de notulen te verzoeken, dat hij tegen goedkeuring van deze rekening is. De VOORZITTER vraagt, of het voorstel van den heer Broos ondersteund wordt. Dit niet het geval zijnde, kan het geen onder werp van behandeling uitmaken. Zonder verdere bedenkingen wordt daarop het ontwerp-besluit tot voorloopige vaststelling dezer rekening goedgekeurd en vastgesteld. De heer BROOS verzoekt aanteekening in de notulen, dat hij tegen goedkeuring van deze rekening is. 80. Rapport van de Commissie van onderzoek van de rekening van den Warenkeuringsdienst over 1931, met ont werp-besluit tot voorloopige vaststelling dier rekening.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 528