538
3 OCTOBER 1932.
Wethouder BRANTJES zegt, dat hetgeen de heer K u ij-
la a r s wenscht, niet ineens voor inwilliging vatbaar is; het
moet eerst worden bezien in verband met de financieele uit
komsten van het bedrijf. Al degenen, die in Breda wonen,
vallen binnen de grenzen van het minimum-tariefsgebied, met
uitzondering van de inwoners van het gehucht Gageldonk.
Men moet evenwel niet hierbij uit het oog verliezen, dat het
hier eigenlijk een luxe betreft. Het is daarom niet geraden,
in deze een nog toeschietelijker houding aan te nemen dan bij
de levering van gas en electriciteit. Men zou dan kilometers
extra kabel moeten gaan aanleggen en het is zeer wel de
vraag, of het bedrijf dat kan dragen; het moet zichzelf kunnen
bedruipen.
De heer KUIJLAARS kan zich met het antwoord van den
Wethouder niet vereenigen. Veel meer inwoners van Breda
dan alleen die van Gageldonk, o.a. Spr. zelf, vallen buiten
het minimum-tariefsgebied. Er zullen dan ook vele menschen
met de door hem voorgestelde wijziging gebaat zijn. Of het
hier een luxe betreft, daarover behoeft men volgens Spr. niet
meer te twisten; de radio wordt niet meer als zoodanig be
schouwd. Spr. handhaaft dan ook zijn voorstel.
De VOORZITTER zegt, dat het voorstel van den heer
K u ij 1 a a r s niet staande de vergadering behandeld kan wor
den, anderzijds kan de behandeling van deze ontwerp-veror-
dening niet uitgesteld worden. Laat men daarom eerst eens
zien, hoe deze bepaling in de practijk werkt; men kan ze altijd
nog herzien. Men moet echter wel bedenken, dat men altijd
een grens houdt. Spr. dringt er op aan, nu niet aan de voor
gestelde cijfers te tornen.
De heer VAN ARENDONK merkt op, dat, als tot op
100 M. afstand van de grens van het minimum-tariefsgebied
meerdere personen zijn aangesloten, de extra-kosten toch kun
nen worden omgeslagen onder alle aangeslotenen.