548
3 OCTOBER 1932.
„Bij de vaststelling van de tarieven, die aan de goedkeu
ring van Burgemeester en Wethouders zullen zijn te onder
werpen, zal naast de economische basis, welke daaraan ten
„grondslag moet liggen, ook zijn te overwegen in hoeverre
„door differentieering ook voor minvermogenden de inrichting
„toegankelijk is te maken. Verschillende voorwaarden, op te
„nemen in een contract als door requestranten bedoeld, zullen
„al mede er toe strekken het risico voor de gemeente te
„beperken en haar toezicht te verschaffen. Aldus is naar
„onze meening het risico zeer wel te aanvaarden.
„Vorenstaande beschouwingen leiden er toe Uwen Raad
„voor te stellen zich bereid te verklaren, bij stijging in het getal
„spaarders tot 400 en beschikbaarstelling van een kapitaal
„van 25.000.—, garant te zijn voor de betaling van rente
„en aflossingen van een leening, te sluiten door de afdeeling
„Breda van de N. V. „De Sportfondsen" tot een bedrag van
„ten hoogste 175.000.—, ten behoeve van den bouw van een
„overdekte bad- en zweminrichting, zulks onder contractueel
„nader vast te stellen voorwaarden, bij de bepaling waarvan
„het toezicht van de gemeente, eventueele hypotheek en
„andere punten, zooals o.m. aangegeven in het request, onder
„de oogen zullen zijn te zien."
De heer LOONEN neemt, na aandachtige lezing van het
voorstel van Burgemeester en Wethouders aan, dat er voor
de Gemeente weinig risico aan de zaak verbonden is, en
kan zich dan ook zeer goed daarmede vereenigen. Hij ziet in
de stichting van een overdekte bad- en zweminrichting hier
ter stede waardoor de aantrekkelijkheid van Breda wordt
verhoogd een prachtig middel tot bevordering van het
vreemdelingenverkeer en het zich vestigen in deze gemeente.
Een en ander zal den middenstand ten goede komen. Ook als
middel tot werkverruiming juicht Spr. dit voorstel toe. Hij
wenscht evenwel het College van Burgemeester en Wethou
ders een drietal vragen te stellen, luidende:
1. Of in de bestekken voor den bouw van de inrichting
een bepaling kan worden opgenomen, waardoor 90
