3 OCTOBER 1932. 571 „bijdrage daarin zou kunnen verkregen worden. Het antwoord „luidde: „dat alleen voor ontwikkelingsdoeleinden kon worden „gesubsidieerd van rijkswege." „Ons met dat standpunt vereenigend, berichtten wij dat „d.d. 9 Mei 1932 aan de Commissie. „In ons voorstel betreffende „De Jonge Werkman en Uw „besluit daaromtrent, is ook voor die Vereeniging het ont spanningswerk buiten aanmerking voor subsidie gehouden. „Wij meenen, dat ons standpunt ten deze niet moet worden „gewijzigd. „Het voorstel van den heer Haaiman bedoelt thans sub sidie voor het ontspanningswerk, tot nu toe verricht, te ge- „ven. Uit ons voorschreven standpunt volgt, dat wij daartoe „niet kunnen adviseeren. „Hierbij komt, dat ontspanningswerk, ook voor jeugdige „werkloozen, reeds ongeveer \]/2 jaar van andere zijde is ver- richt, n.l. door het R. K. Comité voor Werkloozen, thans, „voor zoover het de jeugdigen betreft, overgenomen door „De „Jonge Werkman". Werd door Uwen Raad het voorstel „van den heer Haaiman aanvaard, dan zou de consequentie „vorderen, dat op een verzoek van die zijde hetwelk dan „wel verwacht kon worden eveneens een gunstige beschik king volgde. „Resumeerende, hebben wij de eer U te berichten, dat wij „aannemen van het voorstel van den heer Haaiman moeten „ontraden." De heer HAALMAN dankt voor de aanhouding van dit punt, waardoor hij in staat is gesteld de behandeling daarvan bij te wonen. Verder zegt Spr„ dat de inhoud van het prae- advies hem zeer heeft teleurgesteld: hij had gehoopt, dat Bur gemeester en Wethouders niet zoo halsstarrig aan hun stand punt zouden hebben vastgehouden, vooral omdat de Voor zitter bij een vorige gelegenheid heeft gezegd, dat een nadere, gedocumenteerde subsidie-aanvraag een welwillend oor zou vinden. Dit afwijzend prae-advies is met die toezegging niet in overeenstemming. Zulks heeft Spr. des te meer verwonderd,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 571