9 FEBRUARI 1932.
59
43. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot op
schorting van interest-betalingen betreffende aan de N. V.
Machinefabriek „Breda" in optie gegeven gronden in den
Belcrumpolder, luidende als volgt:
„Bij raadsbesluit van 12 December 1928 werd aan de
„N.V. Machinefabriek „Breda" v/h Backer 6 Rueb verkocht
„een perceel industrieterrein in den Belcrumpolder, onmid-
„dellijk gelegen aan de Belcrumhaven, ter grootte van
„1 Yi H.A. Bij dat zelfde raadsbesluit werd aan genoemde
„N.V. tevens in optie gegeven voor den tijd van 10 jaren een
„perceel industrieterrein, grenzend aan de daarbij gekochte
„gronden ter grootte van lx/2 H.A., kadastraal bekend
„gemeente Breda, Sectie C. nr. 163. Dit optierecht eindigt op
„30 April 1938. Ingevolge de voorwaarden, waaronder het
„aan de Machinefabriek „Breda" in optie werd gegeven,
„moet deze jaarlijks betalen een interest over het bedrag,
„waarvoor zij deze terreinen kon en ook nu nog kan koopen.
„Deze interest, welke stijgt van Yi van de koopsom in
„het eerste jaar tot 6 in het tiende jaar, wordt op den
„len November van ieder jaar verschuldigd. Eenigen tijd
„geleden bereikte ons een schrijven van de directie van ge
doemde N.V. met verzoek om de interestbetaling voor de
„onbetaalde en nog verschijnende termijnen ieder met twee
„jaar op te schorten in dier voege, dat de eerstvolgende
„betaling in plaats van op 1 November 1931 op 1 November
„1933 zal geschieden en om de optie te doen eindigen op
„30 April 1940 in plaats van op 30 April 1938.
„Zooals bekend, drukt de crisis zeer zwaar op de metaal
industrie, hetgeen aanleiding voor ons was om ons ernstig
„te beraden, of en in hoeverre aan het gedaan verzoek dient
„te worden tegemoet gekomen.
„Naar het ons voorkomt, dient het verzoek gesplitst te
„worden in een tot verlenging der optie en één tot uitstel
„van rentebetaling. Een voorstel om nu reeds te besluiten
„tot verlenging der optie, welke loopt tot 30 April 1938,
„schijnt thans ontijdig. Te zijner tijd zal onder het oog moeten
