630
17 NOVEMBER 1932.
„werkloozen' en door het Burgerlijk Armbestuur voorzoover
..het andere steunbehoevenden betreft.
„Wij stellen U voor, te besluiten overeenkomstig het hier-
„bijgaande ontwerp-besluit, hetwelk geheel conform is aan
„Uw besluit d.d. 4 November 1931."
Hieraan is toegevoegd een voorstel van de raadsleden
J. M. M e ij v i s, H. J. van Houten en P. Haaiman,
luidende:
„Ondergeteekenden hebben hierbij de eer uwen Raad voor
„te stellen niet aan te nemen het voorstel van Burgemeester
„en Wethouders inzake de cokesverstrékking aan werkloo-
„zen, doch overeenkomstig hetgeen door den Minister is toe
gestaan, aan de daarvoor in aanmerking komenden een
„brandstoffentoeslag te verstrekken van „een gulden per
„week, gedurende het door den Minister bepaalde tijdvak."
De VOORZITTER stelt voor, het voorstel van Burge
meester en Wethouders puntsgewijze te behandelen.
Daartoe wordt besloten.
a. Brandstoffentoeslag.
De heer MEIJVIS wil met een enkel woord het voorstel
van zijn fractie toelichten. Spr. zal het eerst hebben over de
kwaliteit van de op voorstel van Burgemeester en Wet
houders te verstrekken brandstof. De ondervinding, in vorige
winters opgedaan, heeft namelijk geleerd, dat cokes de
kachels kapot stookt. Zij is dus niet geschikt om als brandstof
aan werkloozen verstrekt te worden; trouwens, al was dit
wèl het geval, dan zou een hoeveelheid van 1 H.L. per week
niet voldoende zijn, want cokes jaagt door de kachel. Het
feit, dat cokes in casu niet de geschikte brandstof is, is dan
ook de voornaamste reden, waarom Spr. en zijn fractiege-
nooten hun voorstel hebben ingediend. Bovendien spreekt de
Minister in zijn circulaire van 13 October j.l. niet over het
verstrekken van brandstoffen, maar over het toekennen van
een brandstoffentoeslag van één gulden, dus een soort win-