14 DECEMBER 1932.
697
datum van inwerkingtreding van den huurtoeslag. evenals van
den gezinstoeslag, op 21 November j.l. wordt bepaald. Door
hiertoe te besluiten zou de Raad trouwens niets vreemds doen.
daar de maatregel, waarover men hier zit te beraadslagen,
in andere gemeenten al eerder is genomen. Vele werkloozen
zijn dan ook gedupeerd door het feit, dat men hier elf maanden
te laat met een maatregel komt, waarop zij volgens een
circulaire van den betrokken Minister recht hebben. Daarom
heeft de Bredasche Bestuurdersbond er op aangedrongen om
den datum van inwerkingtreding te bepalen op 21 November
j.l. Spr. stelt voor, aan dit verzoek gevolg te geven.
De VOORZITTER merkt op, dat al neemt de Raad nog
zoo'n royaal besluit op dit gebied, het den heeren S.D.A.P.'ers
altijd nog niet genoeg is; dan is het het bedrag in geld, dan
weer de datum van inwerkingtreding. Er is in deze absoluut
geen reden om den willekeurigen datum van 21 November
j.l. te nemen. Burgemeester en Wethouders werken zoo snel
mogelijk aan de uitvoering van het raadsbesluit en stellen
zooals gezegd voor, de regeling een week na de goed
keuring van den Minister in werking te doen treden.
De heer BROOS is ten zeerste verheugd, dat vóór- en
tegenstanders van het toekennen van een huurtoeslag thans
tot overeenstemming zijn gekomen omtrent deze regeling.
Waarom zou men nu nog aandringen op meer, door terug
werkende kracht te eischen? Spr. kan zich dan ook zeer goed
met het voorstel van Burgemeester en Wethouders ver
eenigen.
De heer MEIJVIS handhaaft zijn voorstel om de regeling
op 21 November 1932 in werking te doen treden.
Wethouder VAN BUITENEN verduidelijkt nog even de
situatie en ontraadt aanneming van het voorstel-M e ij v i s.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt daarop in stemming gebracht en met alge-
meene stemmen aangenomen.