14 DECEMBER 1932.
705
„dat voorgevallen veranderingen nog niet in aanmerking
zijn genomen", hetgeen Spr. beter voorkomt.
Zonder eenige bedenking wordt dit artikel met
inachtneming van deze wijziging goedgekeurd en
vastgesteld.
Artikel 8.
De heer VAN KEEP wil in plaats van „twaalf maanden"
lezen: „drie maanden". Hij is namelijk van meening, dat,
wanneer een perceel drie maanden achtereen leegstaat, de
eigenaar daardoor al voldoende nadeel heeft geleden om
in aanmerking te komen voor restitutie van betaalde be
lasting.
De heer HAALMAN merkt op, dat dan de consequentie
zou medebrengen, dat ook artikel 4 in dien zin gewijzigd
werd.
Wethouder VAN BUITENEN moet het amendement van
den heer Van Keep ten sterkste ontraden. Deze bepaling
is overgenomen uit andere belastingwetten en -verordeningen.
Het komt hem alleen wenschelijk voor in plaats van „twaalf
maanden" te lezen: „twaalf achtereenvolgende maanden".
De heer LOONEbT geeft in overweging, liever te lezen:
„zes achtereenvolgende maanden".
Wethouder VAN BUITENEN moet ook dit ontraden.
De huiseigenaren worden door deze belasting heusch niet
zóó erg getroffen.
Zonder verdere bedenkingen wordt dit artikel,
met inachtneming van de door den heer Van
Buitenen aangegeven wijziging, goedgekeurd
en vastgesteld.