VT. De VOORZITTER wenscht nog eenige mededeelingen te doen over den stand van zaken met betrekking tot de met de omliggende gemeenten gesloten overeenkomst in zake den Vleeschkeuringsdienst, welke met 1 Januari a.s. afloopt. Spr. heeft in de vorige vergadering, op een desbetreffende vraag van den heer Haaiman medegedeeld, dat Burge meester en Wethouders den buitengemeenten tweeërlei ontwerp-contracten hebben voorgelegd: één, waarbij de tegenwoordige toestand vrijwel gehandhaafd bleef, en één, waarbij een gedifferentieerd tarief voor aan Breda grenzende en verder gelegen gemeenten werd ingevoerd, welke concept contracten beide door de buitengemeenten werden afge wezen. Daarop heeft men aldaar werk gemaakt van het vormen van een afzonderlijken kring. Burgemeester en Wet houders hebben zich toen, na een bespreking met den Inspecteur van den Veeartsenijkundigen Dienst, tot de Gede puteerde Staten gewend met een schrijven, waarin zij berichtten, dat zij tengevolge van het feit, dat zij niet eerder ingelicht waren, geen gelegenheid hadden gehad om nadere voorstellen te doen en voorts, dat zij zich bereid verklaarden tot nader overleg, in verband waarmede de bestaande toe stand voor drie maanden bestendigd zou dienen te worden, in welk tijdvak alsnog gepoogd zou worden tot elkaar te komen, met dien verstande, dat, indien dit niet geschiedt, toepassing van art. 23a beiderzijds onvoorwaardelijk zou zijn te aanvaarden; inmiddels zou een accountantsonderzoek uit wijzen, welke regelen bij die toepassing zouden zijn te stellen. Daarop is door Gedeputeerde Staten medegedeeld, dat het hun noodig voorkomt, dat de bestaande regeling van den Vleeschkeuringsdienst Breda wordt gecontinueerd tot 1 April 1933. In verband hiermede verzoekt Spr. den Raad machti ging, Gedeputeerde Staten te antwoorden, dat hij zich daar mede kan vereenigen. 708 14 DECEMBER 1932. De heer HAALMAN heeft geen bezwaar daartegen. Hij verzoekt Burgemeester en Wethouders, de voorstellen, welke den buitengemeenten zijn gedaan en de daaruit voortge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 708