726 19 DECEMBER 1932. bepaling daarvan moeten wij alle omstandigheden in aan merking nemen. Men moet letten op: bestaande verplichtingen, uitgaven voor noodzakelijke uitbreidingen, betalingscapaciteit van hen, die nog inkomsten hebben, wenschelijkheid om ver kregen cultuur-goederen te behouden; ook dient te worden gelet op het bewaren van de arbeidskracht en het bewaren van de werkgelegenheid. Daarom moet zoo lang mogelijk en zoo eenigszins mogelijk opheffing van fabrieken en handels ondernemingen worden voorkomen, want daarvan hangt onze toekomst af. Men kan deze dingen niet voorbijgaan en aan één groep het belang van alle andere groepen en ook nog het algemeen belang opofferen. Wanneer ik dit als leidend beginsel voor de uitoefening van het raadslidmaatschap aanvaard, dan voeg ik erbij, dat mij een verschijnsel tegen de borst stuit, dat hoe langer hoe meer te bespeuren valt; ik bedoel, dat men poogt hen te intimi- deeren, die over de zaken, die aan ons oordeel worden onder worpen speciaal crisiszaken een ander inzicht hebben. Dit uit zich vooral bij demonstraties. Demonstraties zijn niet af te keuren; zij zijn soms zelfs prijzenswaardig. Er zijn er geweest in de open lucht en in vergaderzalen. Er zijn er geweest van Roomsch-Katholieke en van socialistische zijde. Te Breda en in nog een paar plaatsen in het Zuiden hebben wij dit jaar een socialistische demon stratie gehad; ook nog op andere plaatsen in ons land, maar ik zal mij houden aan die te Breda. En nu moet ik tot mijn spijt zeggen, dat bij die te Breda de intimidatie er dik op lag, maar bovendien was er nog misleiding te bespeuren ook. Mis leiding, omdat men voorwendde, dat de demonstratie een be tooging zou zijn voor ontwapening, terwijl zij inderdaad in de eerste plaats was een demonstratie voor de S.D.A.P. Voor ontwapening behoefde men hier trouwens niet te demonstreeren; het kan geen kwaad, maar het is niet noodig. De R. K. Kerk heeft het allereerst voor ontwapening ge sproken en reeds tijdens den wereldoorlog in groote lijnen de middelen aangegeven om ertoe te komen. Dat men hier

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 726