19 DECEMBER 1932. 749 moeilijke tijden liever met den heer Van de Ven, die inziet, dat ook op dit gebied beperking noodzakelijk is. De heer G r u ij s heeft weer het oude liedje gezongen: Er zit geen gang in; Burgemeester en Wethouders volstaan met oude zaken gaande te houden. Spr. zal daarop niet ingaan; de feiten wijzen uit, dat er de laatste jaren wel iets meer gebeurd is dan oude zaken gaande houden. Men vergelijke het Breda van 1927 met dat van 1932! De heer Haaiman heeft beweerd, dat er bij sommige diensten en bedrijven evenveel generaals als soldaten rond- loopen. Spr. zou weieens gaarne precies willen weten bij welke diensten zich dat verschijnsel voordoet. Hij moet dit, voor wat Openbare Werken en Volkshuisvesting betreft, be slist tegenspreken. In dit verband wijst Spr. op een feit, dat den Raad uiteraard ontgaat, omdat deze daarmede geen be moeiingen heeft, doch dat wel teekenend is voor den toestand, namelijk het aanstellen en ontslaan van personeel in lossen dienst gedurende de laatste jaren. In vorige jaren heeft men bij den dienst van Openbare Werken meerdere ambtenaren, in hoofdzaak opzichters, noodig gehad in lossen dienst. Deze losse krachten zijn thans allen weer ontslagen, terwijl zij in normale omstandigheden hoogstwaarschijnlijk vast aangesteld zouden zijn geworden. Nu kan het misschien weieens voor komen, dat een enkel ambtenaar het bij tijden eens minder druk heeft dan vroeger, maar zou men hem daarom willen ontslaan, dan zou men hem toch op wachtgeld moeten stellen en dat kost ook geld, terwijl de Gemeente er dan geen enkele prestatie voor terugkrijgt. Werkelijk overcompleet-zijn van ambtenaren doet zich evenwel, naar het Spr. voorkomt, op het oogenblik niet voor. Een feit is het, dat ondanks de uit een economisch oogpunt zoo slechte tijden het geheele gemeen telijke bestel hier intact gelaten is kunnen worden, terwijl in tal van gemeenten in sommige takken van gemeente-zorg, b.v. het onderwijs en openbare werken, diep het mes is moeten worden gezet. Dit is op zichzelf ook wat waard en het mag dan ook hier weieens gereleveerd worden. De heer G r u ij s heeft weer den lof van de S.D.A.P. ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 749