752 19 DECEMBER 1932. rente en aflossing ten laste van den gewonen dienst der gemeente komt. In de laatste drie jaren bedraagt het accrès der inkomsten en uitgaven 1 j4234 ton; het wordt jaar in jaar uit onrustbarend hooger; nu is bovendien er weer 252.000 meer voor werkloozen en behoeftigen uitgetrokken moeten worden dan verleden jaar, zoodat de totaal uitgaven 372.000 hooger moeten worden geraamcT dan voor 1932. Daarvoor moet in de eerste plaats worden geput uit de op centen op de gemeentefondsbelasting, die echter nog geen drie ton opbrengen. Aangezien die opcenten de voornaamste dekking vormen, is zulks volkomen terecht voor den heer M a b e 1 i s de reden geweest om te wijzen op het feit, dat aan die bron van inkomsten eens een einde komt. De gemeente zou dan aan het einde zijn van haar financieel kunnen. Nu wil de heer G r u ij s, in plaats van meerdere belasting heffing, gaan leenen. Hij geeft daarmede blijk wel zeer opti mistisch tegenover den verderen duur van de crisis te staan. Het is evenwel een feit, dat niemand ook maar bij benadering kan weten, wanneer de crisis afgeloopen zal zijn. Vandaar, dat men den financieelen toestand niet anders kan bezien dan voor het jaar, waarvoor de gelden noodig zijn en de eerst volgende jaren. En als men dan in aanmrking neemt, dat in 1934, voor welks begrooting zeker niet zoo'n hoog batig slot aanwezig zal zijn als voor 1933 het geval is, behalve de straatbelasting waarschijnlijk het maximum aantal opcenten op de gemeentefondsbelasting zal moeten worden geheven en wellicht nog andere maatregelen zullen moeten worden getroffen om de begrooting sluitend te maken, dan zal men toch moeten toegeven, dat men maar niet kan blijven doorgaan met het voteeren van gelden voor groote kapitaalswerken, zooals de heer Haaiman wil. Er is voorts gesproken over verlaging van verschillende begrootingsposten. Aan de verplichte, d.w.z. uit de verschil lende rijkswetten voortvloeiende uitgaven kan echter niet worden getornd. Men moet dus de bezuiniging vinden in de vrije uitgaven, waaronder de niet verplichte subsidies vallen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 752