V
19 DECEMBER 1932.
765
raadsfractie wordt aanbevolen. Voorts merkt Spr. op, dat een
beroep op betere tijden na de crisis niet Marxistisch, n.l. in
strijd met de „Verelendungstheorie" is. Echter zullen er, af
gezien van de voorgenoemde theorie, naar Spr.'s meening ook
nadat de crisis geluwd is, nog vele werkloozen overblijven,
die gesteund moeten worden. Dit is bij interruptie ook door
den heer Visser erkend. Welnu, dit bewijst nog eens te
meer, dat de uitgaven voor werkloosheidszorg gewone, voor-
loopig jaarlijks terugkeerende, uitgaven zijn. Gewone uitgaven
behooren als het eenigszins mogelijk is uit de gewone middelen
te worden bestreden. Het is daarom verkeerd te leenen, als
het niet strikt noodzakelijk is.
De VOORZITTER merkt op, dat de heer Haaiman
zooeven, met betrekking tot de weigering van het houden van
meetings en danspartijen op openbare pleinen, heeft gesproken
van meten met twee maten. Spr. zou weieens gaarne met
naam en datum willen vernemen de gevallen, waarop de heer
Haaiman doelde, ten einde daarnaar een onderzoek te
kunnen instellen.
Spr. sluit daarop de algemeene beschouwingen en ver
daagt de vergadering tot den volgenden dag des avonds te
8 uur.