782
20 DECEMBER 1932.
moeten, naar Spr.'s overtuiging, een concentratiepunt hebben;
dit vinden zij op de veemarkt. De teruggang van de markt
zelf is, naar Spr.'s meening, te verklaren door de abnormale
tijdsomstandigheden. In het begin was de handel in vette var
kens goed; verloopt het tij, dan moeten de bakens worden
verzet. De biggenhandel loopt volgens Spr. terug wegens de
varkenscentrale. Spr. wil de veemarkt behouden, met keurin
gen en tentoonstellingen; dat brengt leven en vertier. Spr. gunt
den heer Haaiman zijn profetie. Hij zou willen zeggen:
laten we den moed niet verliezen en het nog eens probeeren.
Zou men later tot de conclusie komen, dat de veemarkt moet
worden opgeheven, dan zag Spr. gaarne, dat vooraf een com
missie van onderzoek werd benoemd.
De heer BROOS zegt het volgende:
Mijnheer de Voorzitter,
De uitkomsten van het Veemarktbedrijf maken ook op mij
geen gunstigen indruk. De groei van dit bedrijf, waarover in
al de jaren van zijn bestaan hier gesproken is, gaat in de
verkeerde richting en als de ontwikkeling ervan jaarlijks
grootere offers van de gemeentekas gaat vergen, dan ben ook
ik van meening, dat eens overwogen dient te worden, of niet
beter tot opheffing der veemarkt ware over te gaan. Momen
teel kan ik mij echter nog wel vereenigen met de meening van
den heer K u ij 1 a a r s, om de verdere ontwikkeling van dit
bedrijf nog eens af te wachten.
Desniettemin, Mijnheer de Voorzitter, heb ik mij er eens
van overtuigd, welke thans de voordeelen voor de Gemeente
zouden zijn bij opheffing van de veemarkt en ik ben daarbij
tot de volgende conclusie gekomen:
Geraamde ontvangsten voor 1933: 2000.geraamde
uitgaven: 10.000.—, bijdrage der Gemeente: 8000.Vol
gens de gemeente-rekeningen waren de gemeentelijke bijdra
gen over 1930 6761.en over 1931 8918.92 of weer
2157.hooger dan in 1930, terwijl in 1931 aan rente werd
betaald 3937.50 en aan aflossing 2500.of totaal
6437.50, zoodat het Veemarktbedrijf in 1931, behalve aan
