792
20 DECEMBER 1932.
Hoe staat dit met het slachthuis? Daarvan moet men ge
bruik maken; die verplichting is door den gemeentelijken
wetgever opgelegd. Nu vind ik het onbillijk om van het slacht-
huisbedrijf een winstobject te maken; in elk geval mag de
winst slechts bescheiden zijn. Wat is daarvoor nu het
argument? Dit: de consumenten betalen het toch. Als men
zoo redeneert, kan er nog wel 2 cent per K.G. bij. Doch
daarom gaat het hier niet; het gaat hier om het feit, dat door
degenen, die van het bedrijf moeten gebruik maken, geen te
hooge bedrijfskosten moeten worden geëischt.
Wanneer de keurloonen gehandhaafd blijven, zal 1933 een
hoogere winst opleveren dan de geraamde ad 21.250.Om
deze winst te bereiken, zijn daarom diverse posten op deze
begrooting gecamoufleerd.
Nadat het prae-advies van Burgemeester en Wethouders
op mijn voorstel tot vermindering der slachthuistarieven is
verschenen, heb ik een nader voorstel ingediend, namelijk
om in plaats van 3 cent in sub 1 van mijn oorspronkelijk
voorstel te lezen: 3x/i cent. Dit heb ik gedaan, omdat het
prae-advies motieven inhoudt, welke ik kan onderschrijven.
Later is het dan wellicht mogelijk den halven cent vermin
dering der tarieven om te zetten in één cent. Stel nu, dat de
winst daardoor 13.000.lager wordt; ik vind dit niet zoo
verschrikkelijk, omdat in de beide voorgaande jaren 56000.
méér winst is gemaakt dan werd geraamd.
Het gaat m.i. niet aan, een zekere categorie ingezetenen
een gat, dat in de begrooting is, te laten vullen. Hetgeen ik
heb voorgesteld, heeft een punt van overleg uitgemaakt in
den R. K. georganiseerden middenstand; deze voelt de
onrechtvaardigheid van de bestaande tarieven ook.
Thans, Mijnheer de Voorzitter, iets over het invoertarief,
dat hier 3 cent per K.G. bedraagt. Dit tarief behoort tot de
hoogste, welke Nederland kent. Dit recht wordt berekend
per 10 K.G.; men is n.l. 30 cent per 10 K.G. of gedeelten
van 10 K.G. aan invoerkeuring verschuldigd.
Ik heb indertijd over dit tarief eens gesproken met Dr.