794 20 DECEMBER 1932.
wenscht, ja zelfs noodzakelijk om dit te handhaven, gezien
de moeilijkheden om deze begrooting in evenwicht te houden,
waardoor naar nieuwe bronnen van inkomsten moet worden
uitgezien, namelijk straatbelasting en verhooging van opcen
ten op de gemeentefondsbelasting, alsook vermindering van
uitgaven moet plaats hebben, zooals vermindering van sub
sidie-bedragen.
Daar de zaken zoo staan, verwondert het mij, dat de
heer Haaiman op vermindering van slachtrechten
aandringt. Het prae-advies van Burgemeester en Wet
houders is afwijzend en terecht. In de Slachthuiscommissie
is het voorstel van den heer Haaiman ernstig over
wogen; op de eerste plaats is nagegaan, of de slachttarieven
in Breda te hoog waren, hetgeen niet het geval bleek. De
Raad heeft uit de overgelegde stukken kunnen lezen, dat het
voorstel van den heer Haaiman onmogelijk te aanvaarden
is, daar de winst voor 1933 geraamd is op 21.250.en 1
cent vermindering per K.G. 27.000.zou bedragen. Over
wogen is nog een verlaging met Y2 cent Per K.G.; dit zou
de Gemeente kosten 13.500.en de winst doen dalen tot
7500.—.
Mijnheer de Voorzitter, mijn standpunt om afwijzend te
staan tegenover deze voorstellen, was in de Slachthuiscom
missie gegrond op vijf punten:
1°. op het gevaar voor het terugloopen van het bedrijf door
verminderd vleeschverbruik, hetgeen zich reeds voordoet;
2°. op den beduidenden teruggang in de export-slachtingen;
3°. op de grootte van het bedrijf, welke een behoorlijke marge
in de financiën eischt;
4°. op het te kleine winstsaldo, dat geen verlaging toelaat;
5°. op het geringe belang, dat de consument bij verlaging van
1 of y2 cent per K.G. heeft.
Mijnheer de Voorzitter, al meerdere malen heb ik betoogd,
dat verlaging van de slachtrechten een extra-voordeel is voor
de slagers en voor niemand anders. De handelaar of de boer
