20 DECEMBER 1932.
795
profiteert er niet van, als de tarieven met 1 of x/i cent: zouden
dalen. De prijzen van rund- en varkensvleesch wijzen er op,
dat de consument betaalt den inkoopsprijs plus alle onkosten
en winst-marge der slagers. Daar is niets tegen, maar, wan
neer de slachtrechten met 1 of x/2 cent zouden worden ver
laagd, zullen wij toch dezelfde prijsnoteeringen van het
vleesch zien als thans, afgerond met 5 of 10 centen.
Ik zei: de boer of de handelaar zullen daarvan niet profi-
teeren. Handelsgewoonte is, dat voor een rund van 250 a
300 K.G. geslacht gewicht niet anders wordt geboden dan
met 2.50 of 5.en indien nu de slachtrechten met x/i cen(:
zouden verminderen, dan zou dit maar kunnen bedragen
1.25 of 1.75; een dergelijk bod komt alleen maar voor,
wanneer men een nuchter kalf of big koopt.
Wanneer het Slachthuis gekost heeft zb 600.000.dan
mag er toch zeker ook wel een winst uit dit bedrijf komen.
Het is daarom, dat ik het voorstel van den heer Haaiman
alsook dat van den heer E 1 i c h niet kan aanvaarden en mijn
stem moet geven aan het voorstel yan Burgemeester en
Wethouders.
De heer ELICH zegt het volgende:
Mijnheer de Voorzitter,
Ik zal maar zeggen tot mijn genoegen al kon ik er wel
een ander woord voor gebruiken verneem ik, dat het
voorstel tot verlaging der keurloonen met een halven cent,
dat ik het vorige jaar heb willen doen en bij verschillende ge
legenheden herhaald heb, door den heer H a a 1 m a n is over
genomen door een amendement aan zijn voorstel van 1 cent
vermindering toe te voegen. De heer Haaiman heeft zijn
amendement toegelicht; ik zal u nader mijn voorstel toe
lichten.
Het vorig jaar is bij de behandeling van de begrooting
door mij op verschillende gronden reeds gewezen op de wen-
schelijkheid om tot verlaging van de keurloonen over te gaan,
ook in verband met het ingediende adres van de Bredasche
Slagersvereeniging.