20 DECEMBER 1932. 797 voor den handelaar van weinig en voor den consument waar schijnlijk van geen beteekenis zal zijn. Ik ben zoo vrij hierin van meening te verschillen met het College. Als het bedrag van 13.000.in het pras-advies genoemd, aan den hande laar zou komen, was deze som voor hem toch wel van belang. Waar U het vorig jaar als Uw meening hebt uitgesproken, dat de slagers wel zullen zorgen, dat hun uitgaven door den consument gedekt zullen worden, mag men, volgens die meening, ook wel veronderstellen, dat een vermindering den consument ten goede zal komen. Ten overvloede zal de con- currentiegeest, die hier sterk heerscht, aan de belangen van den consument tegemoet komen. Dat de vermindering van het vleeschgebruik, zooals in het prae-advies gezegd wordt, nu reeds valt te con- stateeren, is waar, doch dit geldt niet alleen voor nu, doch het is een verschijnsel, dat in de laatste maanden van ieder jaar terugkeert. Men mag hierbij zeker wel in aanmer king nemen, dat de slagers, met of tegen hun wil, verplicht zijn in het Slachthuis te slachten, zoodat het mijns inziens niet meer dan billijk is, dat, waar vermindering van kosten mogelijk is, deze vermindering ook moet worden toegepast, opdat de last niet drukke op een enkele groep, doch door de geheele gemeenschap worde gedragen. Ik doe dan ook het voorstel tot verlaging met een Yi cent per K.G., dat door mij het vorige jaar is ingehouden en dat nu gesteund wordt door het amendement van den heer Haaiman. De heer LOONEN steunt het voorstel van den heer E 1 i c h. Het slachthuis is in het belang der volksgezondheid opgericht. Bij de oprichting was men bang, dat het bedrijf zich niet zou bedruipen. Aan winst maken werd derhalve niet gedacht; in tegenstelling daarmede wordt er wel winst ge maakt. De door den heer E 1 i c h voorgestelde vermindering zal invloed hebben op den kostprijs van het vleesch. Een kleine winst op het slachthuis maken is niet zoo erg.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 797