9 FEBRUARI 1932.
79
„gelijk bedrag zal aan het Nationaal Crisis-Comité worden
„gevraagd."
De heer MEIJVIS wenscht alleen op te merken, dat het
hem zeer teleurgesteld heeft, dat het zoo lang heeft geduurd
eer deze aangelegenheid hier ter hand genomen is. Spr. hoopt,
dat de toepassing sneller in haar werk zal gaan, anders zal
een groot deel van de behoeftigen daarvan de dupe worden.
Het Nationaal Crisis-Comité werkt al sinds maanden in den
lande, terwijl er in Breda nog steeds geen plaatselijk crisis
comité is opgericht.
De heer KROONE moet ook tot zijn spijt opmerken, dat
er al zes weken zijn verstreken sinds de V o o r z i 11 e r hier
de toezegging heeft gedaan, dat er spoedig een plaatselijk
crisis-comité zou worden opgericht. Spr. vindt het treurig,
dat Breda in dezen benarden tijd daarmede achteraan komt
sukkelen.
De heer BROOS sluit zich aan bij de woorden van de
vorige Sprekers. Hij juicht het toe, dat nu juist de menschen
zullen geholpen worden, over wie hier zoo vaak gesproken
is, namelijk degenen, die, tengevolge van hun vroeger ver
diend laag loon, thans een lage steunuitkeering ontvangen.
De VOORZITTER zegt, dat er voor de opmerkingen van
de drie vorige Sprekers geen grond is, aangezien er ten
opzichte van de belanghebbenden niets nadeeligs is begaan
of voordeeligs nagelaten. Zij komen ondanks den langeren
duur toch wel aan hun deel. De zaak was niet zoo eenvoudig
op te lossen. Een crisis-comité op breeden grondslag werd
hier niet zeer wenschelijk geacht, aangezien daaraan geen
behoefte bestond tengevolge van de ontplooiing van de par
ticuliere vereenigingen en den Armenraad op het gebied
der armenzorg. Het z.g. comité-JB., dat zeer beperkte bemoei
ing heeft, moet er echter komen om het bedrag van 10 cent
