22 DECEMBER 1932. 829 Volgnummer 386. Toelage aan de inspecteurs en potitie- agenten voor het bezit van diploma. De heer KOOIJMAN merkt op, dat in de Memorie van Toelichting bij post 386 in den laatsten regel staat: 1 Januari 1927, hetgeen z.i. moet zijn 1 Januari 1925. De heer COHEN ontkent dit. De VOORZITTER zegt toe te zullen nagaan, of de op merking van den heer K o o ij m a n juist is. De post wordt onveranderd goedgekeurd en vastgesteld. Volgnummer 388. Kosten van een ontwikkelingscursus aan het politie-personeel. De heer KOOIJMAN meent, dat zijn opmerking, in de afdeelingsvergadering over dit onderwerp gemaakt, in het Centraal Rapport wel wat scherp is geformuleerd. Spr. is van meening, dat het van belang is, bekwame en goed on derlegde politieambtenaren te hebben en acht een cursus daarom ook wel nuttig. Echter vindt Spr., dat deze cursus zeer goed in diensttijd kan worden gegeven en verzoekt, daarmede een proef te nemen. Bij gunstigen uitslag kan dan het volgend jaar de post vervallen. De heer MABELIS zegt het volgende: Mijnheer de Voorzitter. Bij de algemeene beschouwingen is door mij gezegd, dat ik bij de artikelen dezer begrooting zou doen blijken in welke richting naar mijn meening zou kunnen worden bezuinigd. Wanneer verder moet worden gegaan op den weg van bezuiniging dan meen ik, dat deze post een der eerste is, die daarvoor in aanmerking komt. Het spreekt toch van zelf, dat daarbij allereerst wordt gezien naar die uitgaven, die het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 829