22 DECEMBER 1932.
gaan met bezuinigingen, dan is naar mijn meening deze post
een van degenen, die daarvoor in aanmerking komen.
De heer COHEN merkt op, dat ieder jaar opnieuw over
dezen politiecursus wordt gesproken; echter steeds zonder
succes. Toen de cursus begon waren er meerdere agenten,
die geen diploma hadden. Maar in den loop van den tijd
zijn er vele oudere agenten ontslagen, De nieuwe, die ervoor
in de plaats zijn gekomen, bezitten allen het politiediploma al
of niet met aanteekening. Deze menschen behoeven dus geen
cursus meer te volgen. Wil men toch per sé een cursus, dan
moet die, zooals de heeren K o o ij m a n en M a b e 1 i s ook
reeds te kennen gaven, in diensttijd worden gegeven. Bij
andere cursussen is dat ook mogelijk, waarom dan in dit
geval niet?
De VOORZITTER vreest, bij de beantwoording van de
Sprekers te moeten herhalen, hetgeen hij vorige jaren over
deze aangelegenheid heeft opgemerkt. Het is inderdaad juist,
dat van nieuwe agenten het bezit van het politiediploma
wordt geëischt. De cursus echter leidt niet op voor eenig
diploma, maar beoogt alleen, de agenten op een bepaald ont
wikkelingspeil te houden, zoo mogelijk iets verder te bren
gen. Vooral het eerste is noodig. Nieuwe wetten en beslui
ten, moderne methoden van onderzoek, enz. mogen ook het
lager politiepersoneel niet onbekend blijven. Laat men een en
ander aan zelfstudie over, dan komt er niets van terecht.
Ook wordt er onderwijs gegeven in Nederlandsche taal, het
geen met het oog op het samenstellen van rapporten en ver
balen van veel belang is. Spr. betreurt het ten zeerste, dat
door herhaald aandringen van den Raad het volgen van den
cursus niet verplicht gesteld is, en noemt dit een onpaeda-
gogische daad.
Enkele sprekers dringen aan op het geven van den cursus
binnen de diensturen. Wat bedoelen zij daar toch mee? De
werkweek voor de agenten is eenige jaren terug gesteld op
50 uren. Deze 50 uren worden niet ten volle geëischt, zelfs