96 9 FEBRUARI 1932. comité is vervolgens op primitieve wijze begonnen; het heeft gezelschapsspelen georganiseerd en getracht de jongelui sport te doen beoefenen; de Arbeiderssportvereeniging heeft voor dat doel haar terrein beschikbaar gesteld gedurende enkele dagen in de week. Het comité heeft echter ook nog andere plannen: het belangeloos geven van ontwikkelings-cursussen, maar voor een en ander is geld noodig. Daarom verzoekt het comité om van gemeentewege een klein subsidie-bedrag beschikbaar te willen stellen ten einde dit werk te kunnen voortzetten. De VOORZITTER zegt, dat hij het betoog van den heer Me ij v i s beschouwt als een toelichting op het adres met dezelfde strekking, dat dezer dagen is ingekomen, maar dat den Raad nog niet bekend is. Burgemeester en Wethouders zullen daarover hun gedachten laten gaan en het dan, voor zien van hun prae-advies, in de volgende vergadering in brengen. De heer MEIJVIS zegt, dat, als dit lang duurt, het comité haar werkzaamheden niet kan voortzetten. Hij zou daarom gaarne zien, dat de Raad Burgemeester en Wethouders thans machtigde om, wanneer zij het noodig oordeelden, alvast een zeker bedrag aan het comité uit te keeren, waaruit dit voor- loopig kan putten. Wethouder VAN BUITENEN merkt op, dat de Raad binnen enkele weken wederom bij elkaar zal worden geroepen. Het kan dus niet zoo veel bezwaar opleveren tot zoolang te wachten. Het adres kan dan ineens met het prae- advies aan den Raad worden overgelegd. De bespreking van deze aangelegenheid is hiermede geëindigd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 96