9 MAART 1933.
109
Zoolang het geval, dat de heer Van Mierloop het oog
heeft, niet aan de orde is, zal Spr. het antwoord op diens
vraag schuldig blijven. Zonder persoonlijk te willen zijn,
herinnert Spr. in dit verband aan het bekende spreekwoord
Eén gek kan meer vragen dan tien wijzen beantwoorden
kunnen.
Wethouder VAN MIERLO: Maar mijn vraag is niet gek!
De VOORZITTER vindt de houding van den heer
Haaiman in deze niet juist. De heer Ma bel is heeft de
zaak hier toch ook openlijk van den principieelen kant
bekeken en volkomen terecht, daar de vraag, of het al dan
niet aanbeveling verdient van overheidswege kerkbouw te
subsidieeren, hierbij wel degelijk aan de orde is. Door zich
hierover uit te spreken, komt men duidelijker tegenover
elkaar te staan.
De heer HAALMAN kan zich de nieuwsgierigheid van
de heeren best begrijpen; hij zal haar echter niet bevredigen.
Wethouder VAN MIERLO concludeert hieruit, dat de
S.D.A.P.-fractie zich in deze niet durft uitspreken.
Daarop wordt het voorstel van Burgemeester
en Wethouders in stemming gebracht en aan
genomen met 18 tegen 7 stemmen.
Voor: de heeren Pleijte, Elich, Crul, Kroone,
Kraij, Schrauwen, Kuijlaars, Brantjes, Kooijman,
Van Arendonk, Loonen, Van de Ven, Van der
Ven, Van Mierlo, Van Buitenen, Houben, Broos
en Van Keep.
Tegen: de heeren Mabelis, Van Bedaf, Me ij vis,
Van Houten, Gruijs, Visser en Haaiman.
De heer Cohen was bij deze stemming niet tegenwoordig.