116 9 MAART 1933. 55b. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijziging van de gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1933. Zonder eenige bedenking wordt dienovereen komstig besloten. De VOORZITTER deelt mede, dat punt 56 van de agenda behoort te worden afgevoerd. Daartoe wordt besloten. 57. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot be schikbaarstelling van een crediet van resp. f 2850.en f 1000.voor het vernieuwen van de straatriolen in een gedeelte van den Haagweg en in een gedeelte van de Zoutstraat. De heer VAN ARENDONK vraagt, of het kleine stukje grond op het dr. Jan IngenHouszplein bij deze gelegenheid nu niet tegelijk in orde gemaakt kan worden. De heer VAN DER VEN sluit zich aan bij het verzoek van den vorigen Spr. en verzoekt tevens het riool in de Zoutstraat in zijn geheel te vernieuwen; het ligt daar al minstens 40 jaren, zoodat het hem beter voorkomt, de zaak ineens geheel in orde te brengen. Wethouder VAN MIERLO antwoordt, dat aan het in orde brengen van het onnoozel stukje grond op het dr. Jan IngenHouszplein een principieele kwestie is ver bonden, waarop door hem hier al meermalen is gewezen. Het betreft hier immers Rijksgrond. Vervolgens zegt Spr., dat de verdere rioleering in de Zoutstraat blijkbaar in orde is bevonden, anders zou de technische dienst wel tot algeheele vernieuwing geadviseerd hebben. Dergelijke riolen gaan langen tijd mee. Waarom zou men nu meer kosten gaan maken dan direct noodig zijn?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 116