208
31 MAART 1933.
RONDVRAAG.
1. De heer VAN KEEP vraagt, waarom de Voorzitter
ditmaal niet de fraaie ambstketen draagt, welke hem bij zijn
koperen ambtsjubilé is geschonken.
De VOORZITTER antwoordt, dat de vraag hem ge
noegen doet, wijl hij aldus de gelegenheid heeft nog eens
op de schoonheid van het door de ambtenaren en werk
lieden geschonken voorwerp te wijzen, dat de eer geniet
op een belangrijke nijverheidstentoonstelling te Milaan
eenige maanden te verwijlen.
2. De heer COHEN zegt, nog geen antwoord te hebben
ontvangen op zijn vragen over het beletten van het colporteeren
met het orgaan „Neen" van de Internationale Socialistische
Anti-Oorlogsliga. Hij had verwacht, dat hij daarop reeds
een schriftelijk antwoord zou hebben bekomen.
De VOORZITTER antwoordt, dat bedoelde vragen zoo
spoedig mogelijk schriftelijk beantwoord zullen worden.
Alsnu sluit de VOORZITTER de vergadering.