312 12 JUNI 1933. de neringdoenden in de omgeving van het DrJan IngenHouszplein beteekenen. De winkeliers van de Groote Markt beweren van hun kant. dat de Zaterdagavondconcerten aldaar schade toebrengen aan hun zaken Zoo ziet men, dat men het moeilijk ieder naar den zin kan maken. Het opslaan van de z.g. Chineesche tent kost f 175.per keer. Burgemeester en Wethouders voelen er weinig voor, in dezen tijd van bezuiniging die kosten te makenzij hebben om die reden zelfs het oprichten van die tent ter gelegenheid van het Concours-Hippique dit jaar achterwege gelaten Voorts herinnert Spr. in dit verband nog aan het feit, dat de Raad indertijd niet heeft willen overgaan tot de aanschaffing van een verplaatsbare muziektent. De heer VAN DER VEN merkt nog op, dat de nood zakelijkheid voor het in orde brengen van den Zuidelijken berm van den Bredascheweg niet/aanwezig is, wèl is dit het geval met betrekking tot het stukje grond bij den politiepost op het Dr: Jan IngenHouszplein. Dit laatste nu kan toch geen duizenden guldens kosten. Wat de verlichting betreft, gelooft Spr. niet, dat de zaak met den noodigen ernst is bekeken hij zou dan ook de behandeling van deze zaak op dit punt willen zien aangehouden. 48. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot ontheffing van het bouwverbod, bij raadsbesluit van 5 December 1913 gelegd op het perceel grond, gelegen achter de woningen aan de Noordzijde van de Balfortstraat, kadastraal bekend Sectie A. no. 6002. Zonder verdere bedenkingen wordt daarop conform het prae-advies van Burgemeester en Wethouders besloten. «O <£~- r f

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 312