350 12 JUNI 1933. „zijner tijd zullen worden vastgesteld op 4'/a M. uit de „weggrens, voor zoover door ons college niet anders mocht „worden bepaald „4e. de in de ontwerp-overeenkomst vermelde straat aan „te wijzen als straat waaraan gebouwd mag worden." Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten, 68. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het kosteloos overnemen van een stukje grond, gelegen op den hoek van de Kanarie- en de Leeuwerikstraat en bestemd voor straataanleg van Veraart. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten, 69. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aanvulling van het besluit, houdende aanwijzing van rijwiel paden (Gemeenteblad no. 452), in verband met het gereed komen van een rijwielpad langs den Tramsingel, De heer VAN DER VEN vraagt, waarom het gedeelte van het pad, dat gelegen is tusschen de Lunetstraat en de Haagpoort, nog niet als rijwielpad wordt aangewezen. De VOORZITTER antwoordt, dat zulks later zal ge beuren, wanneer de boomen, welke thans nog in den weg staan, gerooid zullen zijn. De heer SCHRAUWEN merkt op, dat die aanwijzing toch al wel zou kunnen geschieden voor het gedeelte van het pad tot de Beekstraat. De VOORZITTER zegt, dat dit gelijkelijk bij de vol gende gelegenheid in orde komt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 350