425 4 AUGUSTUS 1933. geeft er dan de voorkeur aan, dat aan enkele personen een ventvergunning wordt gegeven. De VOORZITTER zegt, dat er geen redenen zijn om van de verordening af te wijken. Wanneer men de venters binnen de 15 Meter toelaat, dan krijgt men dezelfde wanorde als er geweest is. Betreffende Ginneken zegt Spr., dat men daar misschien in gelijke mate zou kunnen optreden. Spr. deelt vervolgens mede, dat de tot nu toe ingekomen ver zoeken alle zijn afgewezen. Het ontwerp-schrijven aan Gedeputeerde Staten, door Burgemeester en Wethouders overgelegd, wordt daarna vastgesteld. 66. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijziging van de onlangs vastgestelde winkelsluitingsver ordening, luidende als volgt: ,,Door den Minister van Economische Zaken zijn eenige be merkingen gemaakt t.a.v. de door Uwen Raad in zijn ver gadering van 12 Juni j.l. vastgestelde winkelsluitingsverorde- „ning en wel t.z.v. Artikel 1, 1ste lidonder a. „De Minister is bereid ter goedkeuring voor te dragen een „regeling, waarin op bedoelde Zondagen aan de genoemde „winkeliers vrijheid wordt gelaten hun winkels geopend te „hebben gedurende ten hoogste acht achtereenvolgende uren. „waarin de vier uren, die de wet toestaat zijn begrepen en „welke liggen tusschen 9 uur vm. en 8 uur n.m., doch uit fluitend voor den verkoop van brood, banket, suikerwerk en „chocolade, terwijl aan den ingang van den winkel moet wor- „den bekend gemaakt, welke uren zijn gekozen. Artikel 1, lste lid onder b. „De Minister zou willen zien toegevoegd: „doch uitsluitend „voor den verkoop van deze waren.'' Wij zijn van meening,, „dat met deze regeling ten aanzien van art. 1, le lid a. en b. „feitelijk toch bereikt wordt hetgeen gewenscht wordt, zoodat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 425