31 OCTOBER 1933.
517
stemming met de wenschen van de bewoners der Sophia-
straat. Spr. voor zich gelooft niet, dat de Sophiastraat een
weg is, die voor het aanleggen van een grintpad in aanmer
king komt, te meer waar vele wegen aan den buitenkant
van de stad beter aangelegd en onderhouden worden dan
de Sophiastraat, terwijl deze toch deel uitmaakt van den
hoofdverkeersweg naar de binnenstad.
De heer VAN KEEP vraagt, waarom in dit geval door
Burgemeester en Wethouders geen advies van den Directeur
der Beplantingen is overgelegd aan den Raad.
De VOORZITTER antwoordt, dat bedoeld advies in het
voorstel van Burgemeester en Wethouders is uitgedrukt.
Het is niet de kwestie, dat men geen beplanting op het
middenpad wil in stand houden of aanbrengen, maar de
practijk heeft uitgemaakt, dat beplantingen en gras daar niet
behoorlijk gedijen; het is dus beter, dat de nog aanwezige
beplanting wordt verwijderd. Nu kan men het pad natuurlijk
ook betegelen, maar daarmede zijn veel kosten gemoeid; Bur
gemeester en Wethouders wilden daarom besluiten tot een
grintverharding.
Zonder verdere bedenkingen wordt daarop
conform het voorstel van Burgemeester en Wet
houders besloten.
22. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het
rooien van een boom, staande vóór het pand Minister Nelis-
sentraat no. 2.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten.
23a. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de begrooting van het Electriciteitsbedrijf voor