22 NOVEMBER 1933. 561 21. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende een ontwerp-Ambtenarenregle- ment, met voorstel om, evenals bij de herziening van het Werklieden-reglement, het ontwerp ter voorbereiding van de behandeling in den Raad te stellen in handen eener com missie uit 's Raads midden. Zonder eenige bedenking wordt besloten, de voorbereiding van de behandeling van deze aan gelegenheid in den Raad te stellen in handen van dezelfde Commissie als die, welke het rapport in zake de herziening van het Werkliedenreglement heeft uitgebracht, bestaande uit de heeren W. L. A. van de Ven, P. Haaiman, A. Mabe- 1 i s, Mr. P 1 e ij t e en J. A. H o u b e n. 22. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende een voorstel tot herziening van het Werkliedenreglement. De VOORZITTER deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders aanvankelijk van meening waren, dat thans het oogenblik gekomen was om deze aangelegenheid in behan deling te nemen, doch bij nader inzien vinden zij dat om twee redenen niet wenschelijk: le. omdat verschillende onderdeelen van dit voorstel overeenkomen met regelingen in het ontwerp-Ambtenaren- reglement vervat, waardoor men een dubbele behandeling van die onderwerpen in den Raad zou krijgen en 2e. omdat de behandeling van dit voorstel in den Raad beter tot haar recht zal komen, als Burgemeester en Wet houders den Raad alsnog doen toekomen een overzichtelijk nieuw voorstel tot wijziging van het reglement, eventueel een met roode inkt gewijzigd exemplaar van het Werkliedenregle ment volgens den voorgestelden tekst; immers, de zaak wordt daardoor voor de -raadsleden meer overzichtelijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 567