56 25 JANUARI 1933. De Minister van Binnenlandsche Zaken, hieromtrent ge hoord, kan zich metdeze voorgestelde huurprijzen vereenigen." Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. 54. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om, naar aanleiding van enkele door de Gedeputeerde Staten dezer provincie gemaakte bemerkingen op de in de vergadering van 14 December j.l. vastgestelde verordeningen op de heffing en invordering van een straatbelasting, deze verordeningen, met inachtneming van de daarin voorgestelde wijzigingen, opnieuw vast te stellen. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. Daarop stelt de VOORZITTER aan de orde 51. Verslag van de Commissie, belast met het nazien van de rekening van het Burgerlijk Armbestuur over het dienstjaar 1931, waarin wordt medegedeeld, dat zij die rekening met de daarbij behoorende bescheiden heeft onder zocht en accoord bevonden, weshalve zij den Raad in over weging geeft, gemelde rekening goed te keuren. De VOORZITTER dankt de Commissie voor het gehouden onderzoek en het uitgebracht verslag en stelt voor, overeenkomstig de conclusie daarvan, opgemelde rekening goed te keuren. Dienovereenkomstig wordt besloten. Wethouder VAN MIERLO, lid van het Burgerlijk Arm bestuur, wenscht geacht te worden niet aan dit besluit te hebben medegewerkt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 56