22 NOVEMBER 1933. 579 te leggen,dat overal waar in deze verordening wordt gespro ken van pensioen zonder meer, dit zoowel afloopend als voortdurend pensioen beteekent. Deze artikelen worden daarop ongewijzigd goedgekeurd en vastgesteld. De artikelen 9 én 10 worden vervolgens on veranderd goedgekeurd en vastgesteld. Artikel 11. De heer BROOS wil aan den vierden regel van de tweede alinea sub b van dit artikel toevoegen de woorden „tot een maximum van 80% van het pensioen, waarop de wethouder in leven recht zou hebben gehad". De heer VAN DE VEN zegt, dat de Commissie van oor deel is, dat men in dit geval niet moet korten, met het oog op het feit, dat een groot getal kinderen meer inkomsten nood zakelijk maakt dan een klein aantal. Het voorstel van den heer Broos wordt niet voldoende ondersteund, zoodat het geen onder werp van behandeling kan uitmaken. De heer VAN DE VEN merkt nog op, dat in de tweede alinea sub c een storende fout is geslopen; de woorden „had, waarop zij aanspraak", waarmede de derde regel aanvangt, moeten vervallen. Met inachtneming van deze wijziging wordt het artikel goedgekeurd en vastgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 579