586
28 NOVEMBER 1933.
De VOORZITTER opent de vergadering en stelt aan
de orde de behandeling van het eenige punt, dat op de
agenda voorkomt
Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijziging
van de redactie van het raadsbesluit tot het waarborgen
van rente en aflossing eener geldleening, te sluiten door
de N.V. „Sportfondsenbad-Breda", luidende als volgt:
„In Uwe vergadering van 21 April 1933 werd besloten
„de gemeente borg te doen zijn voor een door den geld
gever aan de N.V. Sportfondsenbad-Breda te verstrekken
„25-jarige annuïteitsleening van ten hoogste f 175.000.—
„voor den bouw van een overdekte bad- en zweminrichting,
„zulks onder een 12-tal in dat besluit genoemde voorwaarden.
„Deze voorwaarden zijn nadien deels vervuld en voor
„een ander deel vastgelegd in de bij het besluit geëischte
„en middelerwijl gesloten overeenkomst.
„Voorts werd door de geldneemster de N. V. Rotter-
„damsche Verzekering-Societeiten te Rotterdam bereid
„gevonden bedoelde som te verstrekken. Deze N. V. is
„echter van oordeel, dat de redactie van het besluit tot
„een gevolg leidt, dat uiteraard niet bedoeld is, n.l., dat
„de borgtocht zelve afhankelijk gesteld wordt van voor-
„waarden, waarvan de vervulling ligt in handen van een
„derde (hier zelf de debitrice), waardoor aan de verlangde
„zekerheid haar absoluut karakter wordt ontnomen.
„Wij kunnen dit bezwaar deelen en stellen U mitsdien
„voor, te besluiten als volgt
„De Raad der gemeente Breda;
„overwegende
„le. dat hij in zijne vergadering van 3 October 1932 in
„beginsel heeft besloten tot garantstelling der gemeente
„voor de rente en aflossing eener geldleening groot
„f 175.000.—, aan te gaan door de N.V. Sport-
„fondsenbad-Breda
