27 DECEMBER 1933.
709
of zijn weduwe later als pensioen ontvangt. Ook kan het niet
in de bedoeling liggen' om de ambtenaren, die vóór 1913 in
gemeentedienst gekomen zijn, daarvan vrij te stellen. Het
ligt in de lijn, dat voor die ambtenaren een regeling getrof
fen wordt, waardoor ook zij pensioenpremie zullen hebben te
storten. De gemeente betaalt thans zelf 5voor het
weduwen- en weezenpensioen en 3% voor het eigen pen
sioen der ambtenaren en werklieden; de voorgestelde pen
sioenkorting op de salarissen en loonen strekt dus als bijdrage
in de door de Gemeente te betalen totale pensioensbijdragen.
De heer K o o ij m a n handhaaft zijn voorstel, ook voor
wat betreft de berekening van den kindertoeslag naar de oude
loonen. De kindertoeslag nu is een zeker percentage van het
loon. De heer K o o ij m a n zou gelijk hebben, als de korting
tijdelijk was, doch nu is zijn voorstel zoo weinig reëel als
het maar zijn kan. Er zit totaal geen systeem in.
Den heer Broos deelt Spr. mede, dat de Commissie voor
het georganiseerd overleg zich niet vergist heeft ten opzichte
van de opbrengst van een pensioenkorting van resp. 3% voor
eigen en 4j/j% voor weduwen- en weezenpensioen; zij heeft
over dezelfde gegevens beschikt als die, welke aan den
Raad zijn overgelegd. Desondanks werd in de commissie
vergadering de meening verkondigd, dat „de zaak wel zou
meevallen," en op dien grond meende men er wel een schepje
af te kunnen doen, zonder echter met behoorlijke argumenten
ter tafel te komen, die dit uitwezen. Spr. moet zeggen, dat
dit geen erg royale houding was.
Aan het voorstel van den heer M a b e 1 i s kleeft hetzelfde
bezwaar als aan dat van Burgemeester en Wethouders,
namelijk, dat niet van ieder ambtenaar in verhouding het
zelfde offer wordt gevraagd. Tusschen het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders en dat van den heer Mabelis
is slechts een gradueel verschil; principieel is er geen ver
schil. Practisch is het verschil van weinig beteekenis; het is,
zooals reeds in eeiste instantie door Spr. werd opgemerkt,
slechts een centenkwestie. Het is wel opmerkelijk, dat hier