27 DECEMBER 1933.
719
kan men wel zeggen: .Exploiteer den grond als bouwter
rein", maar dan moet men toch eerst beginnen met een
belangrijke kapitaalsvernietiging en het is dan nog wel zeer
de vraag, of daartegenover staat de vruchtbaarheid van het
terrein voor woningbouw.
Wat de vraag van den heer L o o n e n, over de salarissen
en loonen van het personeel, betreft, deze is reeds besproken
in de memorie van antwoord op het centraal rapport, terwijl
in de memorie van toelichting op de begrooting van het
Openbaar Slachthuis een specificatie is opgenomen van de
salarissen en loonen van het personeel. Destijds zijn er, als
beloon in g voor de afzonderlijke werkzaamheden aan de veem rrkt
verbonden, toelagen vastgesteld. Voor de directie bracht het
veemarktbedrijf een belangrijke uitbreiding van verantwoor
delijkheid met zich mede en ook werd op uren buiten den
normalen diensttijd beslag gelegd; de toekenning van een
afzonderlijke toelage was daardoor zeer wel gemotiveerd.
De heer HAALMAN zegt, in aanmerking nemende de be
noeming van den Bosschen collega van den Voorzitter tot
eere-slager, eenigszins te verwachten, dat de Burgemeester
tot eere-veehandelaar zal worden bevorderd als blijk van
waardeering voor den taaien strijd, welken hij voor het voort
bestaan der veemarkt blijft voeren. Spr. kan echter niet aan
nemen, dat de Voorzitter zelf gelooft, dat de rundvee
centrale hier niet gekomen zou zijn, als er geen veemarkt
geweest was. Immers, elders waar geen veemarkt is, b.v. te
Eindhoven, geschiedt de levering der regeeringskoeien aan
het Slachthuis. Spr. betwijfelt ten sterkste, dat er tengevolge
van de crisis-maatiegelen een blijvende opbloei van de vee
markt zou komen; de aanvoer van rundvee zal ophouden,
zoodra de crisis-centrale verdwijnt. Wat de varkens betreft,
herinnert Spr. er aan, dat hij nog vóór het intreden van de
crisis, ja zelfs toen het Openbaar Slachthuis er nog niet eens
was, heeft voorspeld, dat de aanvoer daarvan grootendeels
zou ophouden. De heer Loonen heeft dan ook terecht op-