28 DECEMBER 1933. 763 schoolgeldregeling voor het Gymnasium aan de hand daar van te herzien; de zaak is op het oogenblik in onderzoek. Het resultaat daarvan zal binnen niet al te langen tijd den Raad bereiken. De schoolgeldregeling van het Lyceum is vrijwel gelijk aan die van het Gymnasium; Burgemeester en Wethouders hebben nog dezen zomer die zaak consciëntieus onderzocht. Voor den tweeden leerling uit hetzelfde gezin wordt door het Lyceum vermindering van schoolgeld gegeven; dit is zoowat het eenigste verschil met het tarief voor het Gymnasium. De heer VAN DE VEN zegt, dat er nog meer verschillen zijn tusschen die beide schoolgeldregelingen. Spr. blijft aan dringen op gelijkstelling. De post wordt hierop goedgekeurd en vast gesteld. Volgnummer 673. Subsidie voor scholen voor het lager nijverheidsonderwijs De heer VAN ARENDONK zegt het volgende; Mijnheer de Voorzitter. In antwoord op een desbetreffende opmerking in het centraal rapport zeggen Burgemeester en Wethouders in hun memorie van antwoord: „Van een handel drijven als hier bedoeld, is ons niets bekend." Hier wordt niet bedoeld de verkoop van de producten door de leerlingen der nijverheidsscholen vervaardigd, want deze is men verplicht te verkoopen om in aanmerking te komen voor subsidie, doch het gaat hier om het leveren van warm eten in bussen. Daardoor begeven de kookscholen zich op het terrein van het particuliere bedrijf. Dit nu is een ongewenschte toestand, omdat zij, ten gevolge van haar mindere exploitatie-kosten, in de gelegen-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 763