134 9 MAART 1934. ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn verleend; en onder bepaling, dat bij niet voldoen aan één dezer voorwaarden, de verleende onthef fing vervalt. 50. Benoeming van een lid in de Commissie van toezicht op de Handelsavondschool in verband met periodieke aftre ding van den heer A. A. J. M. L o o n e n. De VOORZITTER stelt voor, de behandeling van dit punt tot een volgende vergadering aan te houden, daar er inmiddels nog een vacature is ontstaan. Daartoe wordt besloten. 51. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot intrek king en opnieuw-vaststelling van het raadsbesluit van 2 Februari j.l„ tot inhouding van de couponbelasting op de aan rechthebbenden uit te betalen rente. De VOORZITTER merkt op, dat dit noodig is, omdat er twijfel kan bestaan omtrent de rechtsgeldigheid van het in de vergadering van 2 Februari j.l. genomen besluit. Zonder verdere opmerkingen wordt overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders besloten. Rondvraag. De heer MEIJVIS wil Burgemeester en Wethouders een vraag stellen over de cokesverstrekking aan werkloozen. Hem is namelijk het gerucht ter oore gekomen, dat de voorraad cokes aan de Gasfabriek niet meer toereikend zou zijn om

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 134