172 24 APRIL 1934. De heer VENKER merkt op, dat in de Bouwcommissie een ander voorstel betreffende deze aangelegenheid besproken is, tengevolge waarvan die Commissie dan ook anders heeft geadviseerd. Dit voorstel heeft hem daarom ten zeerste bevreemd. Niettemin kan hij zich er zeer goed mede vereenigen, dat het fietspad naar den bebouwden kant van den singel is overgebracht, met het oog op het gevaar, verbonden aan het oversteken van den weg door de wiel rijders, maar hij acht het beter één van de twee bestaande rijen boomen te laten vervallen en de onverharde neutrale strook tusschen rijwielpad en rijweg met klinkers te bestraten. De heer VAN ARENDONK verzoekt, den scherpen hoek bij den Watertoren uit veiligheidsoogpunt te willen doen afronden. De heer VAN KEEP zegt, dat het ook hem bevreemd heeft, dat dere aangelegenheid niet meer in de Bouw commissie is behandeld nadat Burgemeester en Wethouders tot een andere oplossing van het verkeersvraagstuk ter plaatse waren gekomende Bouwcommissie is dus weer eens gepasseerd. Spr. vindt dit niet juist. Ook kan hij zich niet met het voorgelegde plan vereenigen, omdat daarin groote technische fouten schuilen; de aanleg van een rijwiel pad aan de bebouwde zijde van den rijweg is absoluut verkeerd in verband met het rijden van auto's uit de aan den weg gelegen gebouwen dit komt vooral bij de zieken huizen nogal eens voor. In verband met een en ander wil Spr. de verdere behandeling van dit voorstel aanhouden en de zaak eerst nog eens in de Bouwcommissie bespreken. Wethouder VAN MIERLO merkt op, dat deze aan gelegenheid al meermalen in den Raad ter sprake is geweest, evenals in de Bouwcommissie. Deze heeft zelfs een onder zoek in loco ingesteld Bij de leden der Commissie hebben twee plannen tot verbetering van den verkeerstoestand

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 172