24 APRIL 1934 187 ingediend op de artikelen 4 en 6 der ontwerp-heffings- verordening voor het Openbaar Slachthuis, luidende als volgt „Door den heer Haaiman zijn bijgaande amendementen „ingediend op de artikelen 4 en 6 van de in de vorige „vergadering behandelde ontwerp hefBngs-verordening voor „het Openbaar Slachthuis. „De heer Haaiman stelt voor: „1°. ten aanzien van art. 4, 2de lid, de heffing van „3 cent per K G bij invoerkeuring terug te brengen op „2 cent per K.G. „Deze verlaging komt ons niet aanvaardbaar voor, omdat „ten Departemente het standpunt wordt ingenomen, dat „het keurloon voor een geslacht geheel dier in het algemeen „niet hooger mag zijn, dan zooveel maal het keurloon van ,,één K.G. vleesch, als het dier kilogrammen weegt. Indien „dus het keurloon van vleesch in het tweede lid van „artikel 4 verlaagd wordt tot 2 cent per K.G., zal in het „eerste lid voor een varken, dat gemiddeld 100 K.G. weegt, „niet meer dan f 2.— gevraagd mogen worden. Een „dergelijke ingrijpende verlaging zal wel niet in de bedoeling „van den voorsteller liggen. Daarbij komt, dat de hoogte „van de heffing voor invoer invloed heeft op het bedrag, „dat de gemeente „als eerste kantoor" voor de Rijks- invoerkeuring van het Rijk terug krijgt. „Wij meenen dan ook aanneming van dat gedeelte van „het eerste amendement van den heer Haaiman, in overeen stemming met de slachthuiscommissie, te moeten ontraden. „2". In zijn amendementen betreffende artikel 4, 2de lid, „stelt de heer Haaiman tevens voor, gedeelten van „10 K.G. niet voor 10 K.G. te rekenen, doch het werkelijk „aantal K G. als grondslag voor de heffing te nemen. „Voor dit denkbeeld is iets te zeggen. Doch het is uit „een administratief oogpunt voor het slachthuis bezwaarlijk „per werkelijk aangeboden kilogram te heffen, aangezien „er dan een groote verscheidenheid van bonnen moet „worden ingevoerd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 187