24 MEI 1934. 265 watertoren aan den laagsten inschrijver, zonder dat het plan in de Bouwcommissie is geweest en dus niet door die commissie uit den Raad is kunnen worden overwogen, terwijl - naar ik vernomen heb dit plan ook niet in de Gascommissie is behandeld, kan ik mij zooals het thans vóór mij ligt niet zonder meer ermede vereenigen. Ik stel daarom den Raad voor, dit punt aan te houden tot de volgende vergadering, ten einde intusschen een en ander in de betrokken commissie onder het oog te zien, De heer LOONEN ondersteunt het voorstel van den heer Van Keep; het thans voorgelegde is een geheel ander plan dan aanvankelijk was voorgesteld. Wethouder VAN MIERLO zegt, dat het tot nog toe nimmer gewoonte is geweest om zaken, die de gemeentelijke bedrijven raken, in de Bouwcommissie te bespreken; het plan voor den bouw der administratie-gebouwen aan de Middellaan, de ombouw van de waterleidingswerken te Dorst enz. zijn destijds ook niet in die commissie behandeld. Daardoor heeft Spr. er niet aan gedacht, dit voorstel in de Bouwcommissie te brengen. Hij heeft er echter geen bezwaar tegen dit alsnog te doen. Wethouder BRANTJES herinnert er aan, dat het voorstel tot den bouw van den toren reeds verleden jaar, na ampel overleg in de Gascommissie, in den Raad is geweest en door dezen is geaccepteerd. De technische zijde van de zaak is geheel door het Rijksbureau voor Drinkwatervoor ziening behandeld. Hij is van meening, dat zij voor de architectuur bij Openbare Werken thuis behoort. De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen, dat het voorstel alsnog commissoriaal wordt gemaakt, maar hij dringt er op aan, met de behandeling spoed te be trachten. Van de zijde der Directie is namelijk al meermalen op spoed aangedrongen met het oog op de watervoor-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 265