26 JUNI 1934. 313 ,,Waar eenerzijds het te bezuinigen bedrag gering is in .verhouding van de totale kosten van den toren van rond ,f 100.000.en anderzijds het oorspronkelijke plan in zijn .geheel ontegenzeggelijk de voorkeur verdient, heeft ons .college de zaak nogmaals aan de bouwcommissie voorge- ,legd en met haar besproken of de betrekkelijk kleine te .bereiken bezuiniging wel opwoog tegen het loslaten van ,het meer fraaie oorspronkelijke plan, dat slechts plm. .f2500.meer zal kosten. Na ampele bespreking heeft de .bouwcommissie kunnen besluiten te adviseeren het oor spronkelijke plan te doen uitvoeren. Zij overwoog o.m., ,dat de jaarlijksche rente en aflossing van een bedrag van ,plm. f 2500.niet een zoodanig bedrag vormen, dat hier- ,door een aesthetisch niet zooveel voldoening gevend plan ,de voorkeur zou verdienen. ,,Ons college heeft nog met de N.V. Internationale Gew. .Betonbouw overlegd of de geprojecteerde keermuur, welke .geheel in metselwerk zou gemaakt worden, niet op minder .kostbare wijze kon worden uitgevoerd. ,,Het resultaat hiervan is geweest, dat deze muur kan .worden uitgevoerd met een gewapend betonvoet en beton- wanden, welke met metselwerk zal worden bekleed. Het .uiterlijk aanzien blijft hetzelfde, doch de uitvoering geeft ,een besparing van f 400.— Zooals Uwen Raad bekend is, had een tweeledige aan- besteding plaats, n.l. met gebruikmaking van Nederlandsche .cement en van buitenlandsche cement. De aanneemsom ,van de laagste inschrijfster was f 800.— hooger in- ,dien inlandsche cement werd voorgeschreven. Na onder handelingen en correspondentie met de laagste inschrijfster ,en de Rijkscommissie voor werkverruiming kon dit verschil ,tot f 400.— worden teruggebracht. ,,In het belang van de Nederlandsche industrie komt het ,ons gerechtvaardigd voor in dit geval het gebruik van .Nederlandsche cement voor te schrijven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 313