2 FEBRUARI 1934. 37 fnent in te dienen, niet te voren kenbaar heeft gemaakt. Een dergelijke ingrijpende wijziging kan niet ineens worden afgedaan. De heer HAALMAN verklaart, zijn amendement schrif telijk te zullen indienen. De VOORZITTER stelt daarop voor, de verdere behan deling van dit artikel aan te houden tot een volgende ver gadering. Daartoe wordt besloten. De op artikel 5 voorgestelde wijziging wordt zonder eenige bedenking goedgekeurd en vastgesteld. Artikel 6. De heer HAALMAN wil in plaats van: „Indien op één dag door één eigenaar ten minste 200 K.G. goedgekeurd vet of 500 K.G. technisch vet wordt gesmolten, wordt geheven j/j cent per K.G. met een minimum van 5.lezen: „Indien op één dag door één eigenaar ten minste 100 K.G. goed gekeurd vet of 200 K.G. technisch vet wordt gesmolten, wordt geheven cent per K.G." De VOORZITTER merkt op, dat de heer Haaiman bij de algemeene beschouwingen heeft gezegd, dat men eigen lijk pas voordeel van deze bepaling krijgt, indien men 1000 K.G. vet of meer per dag smelt. Dit is onjuist, hetgeen hem bij nauwkeurige lezing moet blijken. De heer HAALMAN geeft toe, dat dit inderdaad het ge val is; maar wil men geheel van het in uitzicht gestelde tarief profiteeren, dan zal men toch minstens 1000 K.G. vet moeten smelten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 37