10 OCTOBER 1934.
421
3. Schrijven van de Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant, d.d. 5 September 1934, G. no. 208, geleidende
het van hun goedkeuring voorzien raadsbesluit, tot vast
stelling van voorgevelrooilijnen voor de wegen tusschen
de Ceintuurbaan, de Mark en de Molenleij.
4. Schrijven van de Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant, d.d. 12 September 1934, G. no. 283 geleidende het van
hun goedkeuring voorzien raadsbesluit, tot vaststelling van een
plan tot wijziging van het uitbreidingsplan, met de daarbij
behoorende bebouwingsvoorschriften voor de gronden, ge
legen tusschen de Ceintuurbaan, de Mark en de Molenleij.
De VOORZITTER stelt voor, alle deze stukken voor
kennisgeving aan te nemen.
Daartoe wordt besloten.
De VOORZITTER deelt vervolgens mede, dat dezer
dagen ook de goedkeuring der Gedeputeerde Staten is in
gekomen op de onlangs vastgestelde slachtrechtverordening
en schoolgeldregeling voor de Handelsavondschool.
5. Schrijven van J. van M i e r 1 o, daarbij berich
tende, dat hij zijn herbenoeming tot regent van het Oude-
Mannenhuis aanvaardt.
De VOORZITTER stelt voor, dit schrijven voor kennis
geving aan te nemen.
Daartoe wordt besloten.
6. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, houdende
mededeeling omtrent de verlaging van de uurloonen bij de
werkverschaffing, luidende als volgt
„Hiermede hebben wij de eer U te berichten, dat wij
„van den Minister van Sociale Zaken mededeeling ont-