10 OCTOBER 1934.
465
door nogal verkeer plaats heeft, in de verbetering van den
Ginnekenweg te betrekken.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt daarop zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
37. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het
aangaan van een overeenkomst met het Rijk, betreffende
omlegging van den Weg naar Terheijden, luidende als volgt
„Reeds herhaalde malen is de wensch naar voren ge-
komen om over te gaan tot omlegging van den Terheij-
„denscheweg, nabij den spoorwegovergang aan de Terheij-
.denstraat, waardoor de twee bochten in den z.g. Terheij-
„danschen Hoek zouden komen te vervallen en meteen
„saneering van de Coehoornstraat zou plaats hebben.
„Na langdurige onderhandelingen, aanvankelijk met het
„Rijk en de Staatsspoorwegen en later met het Rijk alleen,
„zijn wij er in geslaagd tot overeenstemming te komen op
„een basis, welke ons aanvaardbaar voorkomt. Op de hier-
bijgaande kaart is aangegeven de ligging van den aan te
„leggen weg, alsmede de wegindeeling 7 Meter rijweg
„(koperslakkeien), aan beide zijden een fietspad van 1.50
„Meter (klinkers) en een trottoir, dat in het begin bij den
„overweg aan beide zijden 2.50 Meter breed wordt en
„verderop 4 Meter. Eveneens leggen wij hierbij over een
„concept-overeenkomst met het Rijk, waarin de kostenver-
„deeling van grondaankoop, aanleg bestrating en rioleering
„is opgenomen, alsmede wie voor de uitvoering der werken
„zal zorg dragen en hoe de betaling door het Rijk geregeld is.
„Ten slotte leggen wij U hierbij over, de begrooting
„van kosten voor den wegaanleg, welke gedeeltelijk door het
„Rijk en gedeeltelijk door de gemeente dienen te worden
„gedragen, alsmede de begrooting van kosten voor rioleering,
„welke geheel ten laste der gemeente Breda komen.
„De schatting der door het Rijk aangekochte gronden
