24 OCTOBER 1934. 501 ,,2e. Koers 100°/a. ,,3e. gedurende de eerste vijf jaren moet bij extra af- „lossing l°/9 vergoeding worden betaald over het „extra af te lossen of te converteeren bedrag. „4e. een eventueele belasting van rente en aflossing „moet ten laste der gemeente komen. „Het aanbod komt ons aannemelijk voor. „Uit practische overwegingen wordt het gewenscht geacht, „dat de vier leeningen voortaan niet meer afzonderlijk „blijven voortbestaan, doch samensmelten in één leening. „Van de restanten der 4 geldleeningen zou over 1935 in „totaal f 155130,rente betaald moeten worden. De rente „van de nieuwe leening over 1935 zal f 136774.69 bedragen, „zoodat het voordeel over 1935 f 18355,31 bedraagt. „Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U „voor te stellen ons te machtigen tot extra aflossing van „bovengenoemde leeningen over te gaan en daarvoor in de „plaats met de directie van de Rijkspostspaarbank één „nieuwe 4Vs'/o leening te sluiten. „Een ontwerp-raadsbesluit wordt hierbij overgelegd. Een „plan van aflossing dier leening (overeenkomstig de plannen „van aflossing van de oude leeningen) gaat mede ter vast- „stelling hierbij." Zonder eenige bedenking wordt dienovereen komstig besloten. 10 b. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot conversie van een drietal geldleeningen, aangegaan met den Pensioenraad te 's-Gravenhage, luidende als volgt „Ingevolge raadsbesluiten van 22 November en 18 Maart „1930 zijn met den Pensioenraad, beheerende het Algemeen „Burgerlijk Pensioenfonds te 's-Gravenhage de navolgende „geldleeningen aangegaan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 501