12 FEBRUARI 1935. 113
35. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de schoolgeldregeling voor de Ambachtsschool
(aangehouden in de vorige vergadering), met nader voorstel
van Burgemeester en Wethouders, luidende als volgt:
,,In Uw vergadering van 9 Januari j.l. kwam in behande-
,,ling ons voorstel dd. 24 December 1934, No V/2860, tot
.wijziging der schoolgeldheffing aan de ambachtsschool.
,,De heer Mabelis diende hierop een tweetal amendemen
ten in, waarna ons voorstel werd aangehouden.
,.Het eerste dier amendementen strekt tot toevoeging aan
„artikel 14 der heffingsverordening van de navolgende
„passages
„Indien naderhand blijkt, dat het door Burgemeester en
„Wethouders, ingevolge artikel 3b, laatste zinsnede, ge
schatte inkomen te hoog is bepaald, heeft overeenkomstige
„vermindering c.q. terugbetaling van het schoolgeld plaats.
„Ondergaat het geschatte inkomen in den loop van het
„schooljaar vermindering, dan heeft, op daartoe strekkend
„verzoek van belanghebbende aan Burgemeester en Wet
houders, eveneens dienovereenkomstige vermindering van
„schoolgeld plaats.''
„Het eerste lid kan worden overgenomen het tweede lid
„is niet te aanvaarden. Het opent de mogelijkheid vermin-
„dering van schoolgeld te verkrijgen, indien het geschatte
..inkomen in den loop van het schooljaar vermindering zou
„ondergaan.
„De consequentie zou niet alleen meebrengen, dat deze
„vermindering van schoolgeld eveneens werd gegeven bij
„vermindering van andere dan geschatte inkomens, doch dat
„ook navordering mogelijk werd bij tusschentijdsche stijging
„der inkomens.
„Nu wordt bij geen enkele belastingheffing -hetzij rijks-
„of gemeentelijke- rekening gehouden met tusschentijdsche
„veranderingen in de inkomens. Het wil ons voorkomen, dat
„op dezen regel bij de onderwerpelijke heffing geen uitzon
dering dient te worden gemaakt, een uitzondering, die
