138 12 FEBRUARI 1935. houders, het College te steunen in haar werkzaamheid ten opzichte van datgene, wat het aan den Raad voorstelde om den toestand in Breda voor alle groepen der bevolking zoo draaglijk mogelijk te maken, waarbij ik in de eerste plaats denk aan datgene wat het College gedaan heeft voor de werkloozen, zij het ook dat, zooals ik hiervóór reeds zeide, zulks niet als voldoende wordt aangemerkt. Wat is er in dit verband tegen, dat de Gemeente, ter bevordering van nood zakelijke openbare werken met toepassing van normale ar beidsvoorwaarden, een beroep doet op het Rijk voor het ver- leenen van voorschotten tegen een redelijke rente en voor andere dan direct noodige gemeente-werken een krachtig initiatief ontwikkelt om deze tot stand te brengen met Rijks- steun uit het Werkfonds 1934? Een opmerking als in de Memorie van Antwoord: ,,Ten aanzien van den z.g. tunnel bouw ware met het Werkfonds 1934 in overleg te treden", doet in dat opzicht „eigenaardig" aan. Ik kan, bij het lezen dezer passage, voor de zooveelste maal weer niet nalaten mij te herinneren, datgene, wat ik reeds bij vorige gelegenhe den hier opmerkte, dat ik den indruk krijg, dat het Col lege niet voortvarend is en achter de feiten aanloopt. Ook de door mijn fractie bij de behandeling van de begrooting in de afdeelingen gedane suggesties en de daarop van het College van Burgemeester en Wethouders gegeven ont- woorden versterken mij helaas in deze zienswijze. Immers, wat te zeggen van het antwoord op onze vraag over het heffen eener z.g. precario-belasting en over de invoering van een belasting op bouwterreinen, over welk antwoord ik mijn spijt uitdruk, dat nog geen onderzoek is ingesteld naai de mogelijke opbrengst, en er op aandring dit onderzoek met eenigen spoed alsnog in te stellen. Door deze laatste opmerkingen ben ik onwillekeurig aan geland bij de behandeling van het antwoord van Burgemees ter en Wethouders op het Centraal Rapport van het afdee- lingsonderzoek der begrooting 1935 en dan moet mij in de eerste plaats de klacht van het hart, dat hier voor de zoo-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 138