172 13 FEBRUARI 1935. druk, dat thans gewerkt wordt zonder eenig systeem en zonder dat het gemeentebestuur duidelijk voor oogen heeft, hoe de toestand in de binnenstad zich uiteindelijk zal moeten ontwikkelen. Zou het geen aanbeveling verdienen, evenals men dit voor het uitbreidingsplan heeft gedaan, aan een deskundige op het gebied van stedebouw opdracht te geven, een saneeringsplan voor de binnenstad te ontwerpen Spr. heeft de overtuiging, dat een dergelijk goed doordacht plan belangrijke vruchten kan afwerpen, niet het minst voor het nageslacht. Voorts is Spr. van meening, dat zoowel de Dienst van Openbare Werken als van Beplantingen een teveel aan vast personeel hebben, te rekenen naar het werk, dat thans door deze diensten wordt gepresteerd. Spr. geeft in overweging, hierin verbetering te brengen, door ontstane vacatures niet aan te vullen en niet te spoedig vaste aanstellingen uit te reiken. Toe te juichen is het, dat de Wethouder nu heeft toegezegd, den bouw van de brug over den Boeimeersingel nog dit jaar te zullen bevorderen. Voor de ontsluiting van de terreinen in den Boeimeerpolder is zulks noodzakelijk te achten. Ten aanzien van de verhooging van de opcenten der per- soneele belasting merkt Spr. op, dat hij deze minder goed vind' dan een verhooging van de straatbelasting. Wel is waar zal een verhooging van de straatbelasting in hoofdzaak drukken op een bepaalde groep der bevolking, maar dan toch op een groep, welke beter betalen kan. Tot slot wenscht Spr. in het algemeen nog op te merken, mede namens zijn fractie, dat hij de democratische regeerings- vorm de eenige mogelijkheid van staatsbestuur acht, welke voor ons land nuttig en noodig is. De heer MABELIS heeft met verwondering den heer Loonen hooren zeggen, dat de R.K. fractie zich in het bij zonder verantwoordelijk gevoelt voor het beleid van het College van Burgemeester en Wethouders, omdat dit College

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 172