13 FEBRUARI 1935.
197
stelde invoering van nieuwe en verhooging van bestaande
heffingen, zoo had ik gaarne gezien, dat de voorstellers van
de thans aan de orde zijnde wijzigingen ook de middelen had
den aangegeven om tot dekking van daaruit ontstaande min
dere ontvangsten te komen.
De productie in 1933 steeg nog met 53.210 M.3 of 0.73%,
terwijl de opbrengst met circa 8.000,verminderde, wat
voor een deel verklaard wordt door de wijziging van het
vastrechttarief.
De afname tegen het normale tarief (9 cent) verminderde
met 110.000 M.3, terwijl de afname tegen het vastrechttarief
vermeerderde met 250.000 M.3 en het aantal vastrechtgebrui
kers toenam met 277. Hieruit blijkt m.i. dat het hier met de
toename, zoowel van het aantal gebruikers als van het ver
bruik in de goede richting gaat en daarom vraag ik mij af,
of het onder deze omstandigheden wel gewenscht is, voor
de bevordering van het vastrechtverbruik een offer van
45.000, te brengen.
En nu is het zeker waar, als het voorstel in het Centraal
Rapport letterlijk zou moeten worden opgevat en dus de
verlaging alleen maar voor toekomstige vastrechtverbruikers
zou gelden, dat dan het bedrag van de lagere ontvangsten
veel minder zou worden dan 45.000, doch het zou m.i.
toch wel een unicum zijn, als een tariefsverlaging uitsluitend
maar zou moeten gelden voor toekomstige verbruikers.
Al is het gasverbruik in 1934 verminderd met 75.560 M.3
of ruim 1 en verminderde het aantal gasverbruikers met
3, hier staat toch tegenover dat het getal muntgasverbrui-
kers nog toenam met 188.
Zoo zal verlaging of afschaffing van meterhuur m.i. een
teruggang van het gasverbruik niet voorkomen. Deze is alleen
een gevolg van de economische crisis, waardoor zeer velen
verplicht zijn, op hun uitgaven zooveel mogelijk te bezuinigen.
Dit bleek o.m. nog te Haarlem, waar, niettegenstaande
tariefsverlaging, tot het eind September 1934, in vergelijking
met de cijfers van September 1933, het getal der kleine ver-