200
13 FEBRUARI 1935.
In enkele plaatsen wordt een soort van klassensysteem
gebruikt, waarbij de woningen in groepen worden ingedeeld.
Ook hieraan kleeft echter een ernstige fout, n.l. deze, dat het
gasverbruik getaxeerd wordt naar de grootte van het huis,
waarin men woont.
Spr. wil niet zeggen, dat de Bredasche regeling ideaal
zou zijn, doch om enkele ondergeschikte foutjes mag men
een overigens goed werkende regeling niet prijsgeven.
De heer K o o ij m a n vroeg, welke becijfering het College
geleerd had, dat de kosten van zijn voorstel ƒ45.000.—
zouden bedragen. Deze becijfering is als volgt geweest
Het verbruik van Breda in verband met de mindere cijfers
van heden geschat op 2.500.000 M3 en voor Ginneken, Te-
teringen en Princenhage op 444.000 M3, komt de mindere
opbrengst op ƒ45.000.volgens onderstaande opstelling
Voor verbruikers die nog geen vastrecht hebben
Breda X 2.500.000 M3 625 000 M3 a 5 cent 31.250.-
Ginneken enz. X 444.000 M3 1 1 1.000 M3
a 7 cent 7.770.
Totaal 39.020.
Opbrengst vaste bedragen volgens begrooting
54.000.waarvan 1/4 is 13.500.
Totaal mindere opbrengst afgerond 52.000.—
Te verminderen met verbruikers beneden 25 M3
per maand en bijzondere verbruikers (geschat) 7.000.
Blijft45.000.—
De vraag is, zou het verbruik zoodanig toenemen, dat dit
bedrag weer kan worden ingehaald Stelt men de vermeer
dering eens op 200.000 M3, dan zou de opbrengst daarvan
zijn 200,000 X 3X cent of 7.000.dus nog lang niet de
gederfde 45.000. Spr. ontraadt daarom het voorstel-
K o o ij m a n sterk, aangezien dit financieel gesproken een
sprong in het duister beteekent.
De Raad kan er zich van overtuigd houden, dat Burge
meester en Wethouders in samenwerking met de Directie,